Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En nu, mijn heer! [zo waarachtig als] de HEERE leeft, en [40]uw ziel leeft, [41]het is de HEERE, Die u verhinderd heeft van te komen [42]met bloedstorting, [43]dat uw hand u zou verlossen; en nu, dat [44]als Nabal worden uw vijanden, en die tegen mijn heer kwaad zoeken! 40. Zie 2 Kon.2:2. 41. Te weten, toen Hij mij u heeft tegemoet gezonden, om met beleefde woorden en geschenken uw toorn en kwaad voornemen te stillen en te breken. 42. Hebreeuws, met bloeden; gelijk Gen.4:10, en hier onder, vs.33. 43. Alzo namelijk, dat gij u tegen mijn heillozen man met eigen hand niet komt wreken en u van den smaad, welken hij u aangedaan heeft, verlossen. 44. Zij wil zeggen: Ik wens dat uw vijanden zo weinig vermogen en zo verachte mensen zijn mogen, als Nabal is, die niet waardig is dat gij u aldus over hem zoudt vertoornen, veel weiniger, dat gij om zijnentwil mij en mijn ganse huisgezin zoudt verdelgen. Anderen verstaan die woorden aldus: Ik wens dat het uw vijanden ga, gelijk het Nabal zou gaan, indien gij in uw voornemen voortgingt.